Molenwandelingen over de stadswal (3)
De Tafel van de Heilige Geest, gewoonlijk het Geefhuis genoemd, had een korenmolen bij Hintham. Deze werd in 1596 naar de stadswal verplaatst, waar het Geefhuis grond bezat. Marcelis van Casteren, de eigenaar van de molen bij de Muntelpoort, had bezwaren tegen de oprichting van deze molen. Hij meende dat de molen van het Geefhuis zijn molen teveel de wind uit de zeilen zou nemen. Van de molen van de Tafel van de Heilige Geest zal het maar ongeveer 50 meter geweest zijn tot de molen van Van Casteren. Op z'n korte afstand is zeker windbelemmering te verwachten. Na rijpe deliberatie verklaarde de regering van de stad dat zij geenszins de bedoeling had oude rechten te negeren. Vooral het windrecht was in deze kwestie van belang. Zowel Marcelis van Casteren als de Tafel van de Heilige Geest bezaten dat recht. De stadsregering was bevoegd de verplaatsing van molens te gelasten en nieuwe standplaatsen aan te wijzen. Drie leden van de stad waren van mening dat het oprichten van de molen van de Tafel van de Heilige Geest geen nadeel met zich mee zou brengen voor de molen van Van Casteren. Daarop verkreeg Jacob van Balen de gevraagde vergunning op 28 april 1597. De bouw van de molen was toen reeds begonnen. Als voorwaarde werden gesteld dat de gracht naast de molenwerf voldoende beschoeid moest worden, en dat de gracht niet zodanig versmald zou worden dat gewone schuiten daar niet door konden. Bij het beleg van 1601 leed de molen lichte schade. De windpeluw en een molenborst waren beschadigd. Het is niet bekend wanneer de molen verdwenen is. Hij komt nog voor op de kaart van Blaeu van 1649.
| 25 |
's-Hertogenbosch 1 (1998) 25